Een boer wil kleinschalig, biologisch boeren. Hoe starten? Daar is geld voor nodig. De boer stapt naar de bank.
Boer: ik wil een nieuwe start voor mijn boerderij. Bank: ik luister. Boer: ik wil kleinschalig, biologisch boeren. Bank: Dit is niet rendabel. Boer: maar ik heb een plan ... Bank: Daar is de deur.
De harde realiteit is dat de boer geen lening krijgt. De bankbediende zal de boer wel op een beleefdere manier duidelijk maken dat hij of zij kan gaan, kan opstappen, maar het resultaat blijft hetzelfde: de bank weigert om de boer een lening toe te staan.
Er is een zekere gelijkenis met de macht van de Kerk zo'n tweehonderd jaar geleden. Iemand verzette zich tegen de Kerk. De pastoor stapte naar zijn werkgever: "Dit is een slecht mens. Ontsla hem". De man werd ontslagen, hij zat zonder werk.
Waarom volgde de werkgever slaafs de pastoor? Omwille van de macht. De wereldlijke en de kerkelijke macht vormden een tandem. Samen oefenden zij de macht uit, waarbij eigenlijk de kerkelijke macht boven de wereldlijke stond. Per slot van rekening is God de hoogste macht die er is (1).
De maatschappij liep gestroomlijnd volgens het gezag van de Kerk. Boer Bavo mocht wel de katjes in het donker knijpen, zolang het maar in het donker gebeurde (2). De pastoor mag een vriendin hebben, zolang hij er maar niet voor uitkomt (3).
Of het nu boer Boer of boer Bavo is - de huidige of de vroegere boer - het maakt niet uit, het draait rond macht.
Dit hoofdstuk is nog in volle bewerking.
Op de achtergrond speelt winstbejag. Ik noem het "power to the money" (4).
Maar achter van de achtergrond